Het Extensie gen (MCR1 gene) regelt de productie van zwart en rood pigment. Bij katten worden schakeringen van de rode kleur bepaald door het dominante Orange gen (O-locus) dat zich bevindt op het X-chromosoom. De genetische achtergrond van de O-locus is nog onbekend. Het extensie gen is ook bekend als het E-locus. De test vachtkleur E-locus, extensie (K639) test de genetische status van het E-locus. Het E-locus heeft twee varianten (allelen). Er wordt veronderstelt dat (bijna) alle katten gefixeerd zijn voor het dominante allel E, dit betekent dat ze twee kopieën van het dominante allel E hebben en daardoor op basis van alleen dit gen zowel rood als zwart pigment kunnen produceren. Het recessieve allel e resulteert in kittens die geboren worden met een zwart/bruin Tabby patroon (blauw/abrikoos bij katten met een verdunde vachtkleur). Als de kittens ouder worden, wordt het zwarte/blauwe pigment vervangen door geel wat resulteert in de goudkleurige vacht bij volwassen katten. Oorspronkelijk werd de kleur X genoemd, nu wordt deze het Amber genoemd. Het recessieve allel kan aanwezig zijn bij de Noorse Boskat en leidt terug tot een enkele vrouwelijke voorouder uit Noorwegen, geboren in 1981. Katten met twee kopieën van het allel e hebben enkel de Amber vachtkleur wanneer het dominante O allel op de O-locus niet aanwezig is.
De vachtkleur E locus, extensie test geeft de volgende resultaten, in onderstaand schema worden de resultaten van de vachtkleur E locus, extensie test in combinatie met de mogelijke resultaten voor O-locus weergegeven. Voor het O-locus is geen DNA test beschikbaar:
E-locus |
O-locus (geen DNA test beschikbaar) |
Vachtkleur |
---|---|---|
E/E |
O/O, O/o of o/o (vrouwelijk) |
Geen Amber |
E/E |
O/- of o/- (mannelijk) |
Geen Amber |
E/e |
O/O, O/o of o/o (vrouwelijk) |
Geen Amber |
E/e |
O/- of o/- (mannelijk) |
Geen Amber |
e/e |
o/o (vrouwelijk) of o/- (mannelijk) |
Amber |
e/e |
O/O (vrouwelijk) of O/- (mannelijk) |
Rood |
e/e |
O/o (vrouwelijk) |
Amber/rood tortoiseshell of schildpadkat |